Ervaringsverhaal Astrid

0
183
Rate this post

Een interview1 met Astrid Kommers, die zelf twee keer is behandeld met elektroshocktherapie.

Wanneer kwam u voor het eerst in aanraking met de psychiatrie?

In 1989, toen ik 32 jaar oud was, werd ik opgenomen met een psychose. Ik had een aantal keren een psychose, maar mijn symptomen werden geleidelijk klinische depressie. Ik heb drie keer een ernstige klinische depressie gehad, zowel in 1991, 1995 als in 1999. Je zult me ​​niet horen zeggen dat herstellen van een ernstige angststoornis eenvoudiger is dan van een psychose. Psychose is heel intens, maar je leeft tenminste, het heeft iets vernieuwends, terwijl een klinische depressie zo zwart is. Het wegwerken van klinische depressie vraagt ​​meer van mij dan bij psychose het geval is.

Hoe heb je de allereerste klinische depressie ervaren?

Ik kan niet meer zelfstandig functioneren en heb vier maanden in het ziekenhuis gelegen. De eerste maanden dat ik in een gesloten etablissement zat, daar kan ik eigenlijk niet meer aan denken. Het was lente toen ik naar een open gedeelte ging en ik heb ook veel gefietst, dat deed me goed. Het vooruitzicht dat ik een behandeling zou volgen in een psychotherapeutische instelling en daarnaast zou gaan functioneren, was ook goed voor mij. Uiteindelijk bleef ik zestien maanden in de inrichting. Ik ging er helemaal in op, zakte daarnaast nog een paar keer in en kreeg ook weer een psychose. Toch heb ik genoten van alle warmte die ik kreeg en de interesse die mij werd geboden. Ik denk nog steeds met een fantastisch verlangen terug aan die periode.

Na mijn ontslag greep ik weer de draad van mijn leven. Ik was leraar en vond ook verschillende taken, genoeg voor een fulltime baan. In 1995 werd ik opnieuw ernstig klinisch depressief. Achteraf kun je stellen dat al die aanpassingen in mijn werk niet goed uitpakten. Ik wilde recupereren en stopte met werken. Toen zonk ik heel snel weg en bevond ik me ook in een omstandigheid die ik in het verleden eigenlijk nog nooit had meegemaakt, heel anders dan mijn aanvankelijke depressie.

Toen had ik nog controle over mijn scenario, maar deze keer niet. Ik had mijn hart verloren, helemaal verloren. Nog één opname aangehouden, dit moment in de PAAZ. Wat ik me herinner is dat ik een werkbehandeling kreeg en verwoed probeerde een kader in mijn leven terug te brengen. Het lijkt alsof ik maanden heb geïnvesteerd om een ​​dorp van karton te maken.

Ik heb hier geen enkel plezier aan beleefd, het was oncontroleerbaar, ik moest het zelf doen. De medicijnen die me werden aangeboden werkten niet, ze hielpen me nooit echt, en ook werd ik een groeiend aantal vastberaden. Ik begon ongeschoolde punten te doen, deed een zelfmoordpoging, hield er echt geen rekening mee. Een vriend van mij adviseerde me toen om te informeren naar elektroshocktherapie.

Hoe voelde je je daar eigenlijk alleen voor?

Ik heb veel vertrouwen in haar omdat ze emotioneel getalenteerd is. Ze verwachtte dat ik zeker enorm zou verbeteren. En ik wilde niet langer in het zwarte gat blijven, ik wilde weer leven. Ik vroeg mijn doktersassistente om elektroshocktherapie, maar ze veranderde het omdat mijn symptomen net zo ernstig waren en ik er niet voor gekwalificeerd was. Ik brabbelde verder en vroeg of ik zelf Koerselman, mijn psychoanalyticus, mocht spreken. Hij was het er mee eens.